Een echtpaar koopt een perceel grond en laat er een huis op bouwen. Op het dak laten ze zonnepanelen installeren. Dat doen ze omdat ze van de gemeente moeten voldoen aan duurzaamheidsvereisten. Volgens het echtpaar vormt het pand nu een energiecentrale. Het gehele pand merken ze als zakelijk aan. Omdat 2/3 van de opgewekte energie tegen vergoeding aan het net wordt geleverd, is de woonfunctie beperkt tot 1/3 deel van de woning. Ze claimen op deze basis aftrek van de btw in de bouwkosten. De Belastingdienst corrigeert de aftrek.
De rechtbank volgt het echtpaar niet in hun redenering. Ze hebben een woning gebouwd om in te wonen. De omstandigheid dat het exploiteren van de zonnepanelen btw-ondernemerschap oplevert, leidt er niet toe dat de gehele woning moet worden gezien als een energiecentrale. Het gebruik van de woning onder het dak is ook niet gewijzigd door het plaatsen van de zonnepanelen. Het zou in strijd komen met het systeem van de wet als geen omzetbelasting zou drukken op een groot deel van het wonen, alleen omdat op het dak van de woning zonnepanelen zijn aangebracht.
Het dak van de woning heeft door de plaatsing van zonnepanelen ook een zakelijke functie verkregen voor de zonnepanelenonderneming. Het deel van het dak waarop de zonnepanelen zijn bevestigd is daarmee dienstbaar geworden aan de zonnepanelenonderneming. De btw-aftrek wordt bepaald door het aantal vierkante meters van het dak waarop de zonnepanelen zijn bevestigd te delen door de vierkante meters nuttige ruimte binnenin de woning.
Tip: Partijen gaan tegen deze uitspraak in beroep. Mocht daar iets verrassends uitkomen, dan melden we dat. Intussen vindt u hier vragen en antwoorden over btw en zonnepanelen.